Zonder Koning

31 maart 2017, column J.Th.J. van den Berg

Nadat de voorzitter van de Tweede Kamer een dag na de verkiezingen koning Willem-Alexander had geïnformeerd – waarschijnlijk telefonisch – over het beraad van de fractievoorzitters en de aanwijzing van een ‘verkenner’, heeft zij op dinsdag 28 maart de koning opnieuw gerapporteerd, nu ten paleize. Zij heeft hem op de hoogte gesteld van het verloop van het Tweede Kamerdebat over het verslag van de verkenner, Edith Schippers, en de daaraanvolgende aanwijzing van mevrouw Schippers tot informateur. De dag erna heeft de koning de voorzitter van de Eerste Kamer op Noordeinde ontvangen alsmede de vicepresident van de Raad van State.

Deze kleine reeks berichten laat twee dingen zien:

Ook zonder dat de Koning een begeleidende rol speelt bij de kabinetsformatie, begint zich toch al iets als een traditie te vormen over de wijze waarop hij wordt geïnformeerd over het verloop daarvan. Zijn positie als deel van de regering in Nederland brengt immers met zich mee dat hij over de toekomstige samenstelling daarvan op de hoogte behoort te worden gehouden1).

Voorts, rol en positie van de twee andere traditionele adviseurs zijn intussen totaal veranderd. In 2012 werden Eerste Kamervoorzitter en vicepresident nog ten paleize ontvangen voorafgaand aan het bezoek van de Tweede Kamervoorzitter. Intussen is de centrale rol van de Tweede Kamer bij de formatie zo duidelijk en tegelijk onomkeerbaar geworden, dat de beide adviseurs wel even kunnen wachten totdat de verkenner verslag heeft uitgebracht en de Tweede Kamer de formele formatieprocedure heeft ingezet. Dat doet zij door de aanwijzing krachtens haar reglement van orde (art. 139a) van een informateur.

In 2012 waren drie voorzitters van de Tweede Kamer betrokken bij een goed verloop van de start van de kabinetsformatie. Een dag na de verkiezingen was dat de voorzitter van de ‘oude’ Kamer, mevrouw Gerdi Verbeet. Toen het verslag van de verkenner werd besproken, had de Tweede Kamer nog slechts een waarnemend voorzitter, Martin Bosma. Vervolgens werd het proces begeleid door gekozen voorzitter Anouchka van Miltenburg, die echter meteen uitgleed over de gevoeligheden van de Tweede Kamer. Zij ging, zonder overleg vooraf, niet alleen ter kennismaking naar het paleis, maar bracht ook de wens over van de intussen gestarte informateurs om de koning een beleefdheidsbezoek te brengen. Daar ontstond dan weer ophef over in de Tweede Kamer. Beetje overdreven, maar in de kern wel terecht: de Kamervoorzitter beperkt zich tot informatie aan de koning over wat de Kamer heeft besproken en besloten; de informateurs informeren de koning over het formatiewerk.

Dit jaar was het allemaal een stuk eenvoudiger: alle drie genoemde fasen in het bestaan van oude en nieuwe Tweede Kamer was een en dezelfde persoon ‘in charge’: mevrouw Khadija Arib. Bekend is dat zij zich perfect had voorbereid op deze op zichzelf bescheiden maar symbolisch gewichtige taak, waarbij het gezag van de Tweede Kamer in het geding is.

Waarom al deze op zichzelf kleine observaties? In 2012 is door niet weinigen gevreesd dat met een kabinetsformatie zonder Koning ook alle zorgvuldigheid uit het proces zou verdwijnen en dat zowel de Koning als de minderheden in het parlement onder het machtsspel van grotere partijen zouden bezwijken. Dat is niet gebeurd. Hoewel bij de evaluatie van 2012 is opgemerkt dat de koningin wel wat vaker had mogen worden ingelicht door de informateurs (de formateur deed met regelmaat zijn plicht)2), met ’s Konings recht ‘to be consulted’ is toen wel rekening gehouden. Tijdens de start van deze formatie is dat zelfs nog iets nauwgezetter gebeurd en in de goede volgorde. Aangenomen mag worden dat informateur Schippers het goede voorbeeld van de Kamervoorzitter zal volgen.

Khadija Arib is niet geweken voor de ijver van haar collega in de Eerste Kamer en de vicepresident om vooraf procedures vast te leggen3). Zij kent de gevoeligheden in eigen huis daarvoor veel te goed, maar weet niettemin heel precies ‘hoe het hoort’.

Informateur Schippers heeft trouwens aanstonds laten zien dat zij de partijen in de Tweede Kamer allemaal tot hun recht wilde laten komen, ook de kansloze voor meeregeren zoals de PVV. Het formeren van een kabinet is onvermijdelijk een spel om de macht, maar om te worden aanvaard moet het wel volgens conventies van zorgvuldigheid en fatsoen worden gespeeld.


  • 1) 
    Zie: Paul Bovend’Eert, Carla van Baalen en Alexander van Kessel, Zonder Koningin. Het officiële rapport over de formatie van 2012, Amsterdam: Elsevier Boeken, 2015. Ook te raadplegen als: Kamerstukken II, 2014 – 2015, 33 410, nr. 72.
  • 2) 
    Bovend’Eert e.a., Zonder Koningin, 86 en 99.
  • 3) 
    Remco Meijer in: De Volkskrant, 10 maart 2017.


Andere recente columns